Hoewel de ‘doorsnee’ Ibiza-modellen vorig jaar al werden gefacelift, heeft de nieuwe Ibiza Cupra -waarschijnlijk om marketingtechnische redenen nog even op zich laten wachten. Ons geduld wordt echter rijkelijk beloond want de nieuwe Cupra – een badge die Seat al sinds 1997 op de Ibiza uitdeelt – ziet er niet alleen nog vlotter uit, hij is het ook geworden. Door ‘tweaks’ aan de standaard DSG-transmissie met zeven versnellingen kan het sprintje vanuit stilstand naar honderd nu in 6.9 seconden worden afgeraffeld, drietienden van een seconde sneller van voorheen. Tegelijkertijd ligt de topsnelheid iets hoger (nu: 228) en kon het verbruik ook met driehonderdste liter per honderd kilometer zakken naar 5.9 liter. Toch mooi meegenomen.
Priemende xenon en luchtsleuven
Om te zien dat we met de vernieuwde Ibiza Cupra te maken hebben is een blik op de neus al voldoende. Voortaan prijken er tussen de grille en bumper vier luchtsleuven, die het potente karakter van deze ‘Spaanse’ hatch nog eens verder moeten benadrukken. De koplampen geven een niet mis te verstane blik dankzij de standaard LED-dagrijverlichting en als het donker wordt, doet de bi-xenon verlichting dat nog eens dunnetjes over. Je kunt de Cupra als vanouds al herkennen aan de roostergrille en het Cupra-logo. Nieuw zijn weer de 17 inch lichtmetalen wielen en de zwarte buitenspiegelkappen, waarbij het contrast daarvan op een wit exemplaar ons meer aanspreekt dan op een rode Ibiza Cupra. Het woordmerk Cupra op de achterklep, de forse zwarte ‘kieuwen’ in de achterbumper en de centraal geplaatste trapeziumvormige uitlaat (een sierstuk, maar toch) laten er evenmin gras over groeien; de Ibiza Cupra is in alle opzichten duidelijk verheven boven zijn doorsnee-broertjes en de FR-uitvoering. Je moet het trouwens niet verder vertellen, maar kijk er niet van op als Seat over een tijdje nog met een Cupra R op de proppen komt. Net als vroeger.
Sportieve basis voor interieur
Het baas-boven-baas gevoel in de Ibiza Cupra vertaalt zich uiteraard ook naar het interieur. Wie zo’n scheurneus voor de deur wil hebben staan verlangt naar een sportstuur (met flippers) en een setje sportstoelen, al dan niet uitgevoerd met tweekleurig leder. Seat geeft die wensen perfect invulling want ze zitten voortreffelijk, ook wanneer het wat harder door de bocht gaat. Grijze stiksels, een Cupra-specifiek instrumentarium en een set sportpedalen zorgen voor meer onderscheid. Goed, misschien had Seat zich hier nog iets verder kunnen uitleven met koolstofvezel of nog meer aluminium, maar wellicht houden de designers bewust de hand op de knip om de Cupra R een toekomst te geven én (sowieso) de Cupra betaalbaar te houden.
Grommende TSI
Als het om snelheid gaat doet de Cupra in ieder geval niet naar méér verlangen. De 1.4 TSI met turbo en compressor schopt het wederom tot 180 pk en 250 Nm en geeft die met een nadrukkelijke, aanstekelijke grom vrij. Het geluid is kenmerkend voor de meest krachtige variant van deze motor, die ook bovenin het toerengebied ontzettend krachtig blijft. Omdat de Ibiza Cupra net als zijn voorganger standaard is gekoppeld aan de DSG-automaat, blijft wielspin tot een minimum beperkt en kan de aandrijflijn maximaal worden benut om die (stoplicht)sprintjes mogelijk te maken. Maar wilt de sportieve rijder niet gewoon zelf schakelen? Ja en nee, denken wij. Natuurlijk is het leuk om ‘aan het werk te gaan’ en samen met de Ibiza een leuk speeluurtje te hebben, maar in de dagelijkse praktijk zal dat lang niet elke dag aan de orde zijn. In ieder geval biedt de DSG-automaat met dubbele koppeling de mogelijkheid om zelf het schakelmoment te bepalen met behulp van de flippers aan het stuur of de manuele stand van de versnellingshendel. Daarbij moet gezegd worden dat een opschakelcommando lang niet altijd direct werd opgevolgd. Dat denkmoment trad niet op bij terugschakelen. Da’s jammer.
Geen rake klappen
Verder doet de Ibiza Cupra onderweg opnieuw naam eer aan; hij stuurt lekker direct en kan in samenwerking met het elektronische sperdifferentieel XDS zijn vermogen meestal goed kwijt. Bovendien: ondanks de extra verlaging van het onderstel ten opzichte van de Ibiza FR heeft de Cupra nooit echt klappen uitgedeeld. Deze prettige constatering is toe te rekenen aan de gewijzigde ophanging en demping. Daardoor ontpopt het topmodel zich probleemloos tot een ‘daily driver’, een stempel die Seat ook van harte op de auto heeft willen drukken. Het moet immers ook wel leuk blijven. Of de aanschafprijs van de Ibiza Cupra onze glimlach doet verdwijnen weten we nog niet, maar dat valt te betwijfelen. De prijs die de importeur deze week bekend maakt zal waarschijnlijk weer rond de 24 mille liggen.
Update: de Ibiza Cupra gaat 25.895 euro kosten.
Schrijf een review