Skoda heeft zich de laatste tijd sterk kunnen profileren als een merk van de stationwagons. Waarom? Zowel de Fabia Combi als Superb Combi zijn een hit geworden door hun onovertroffen ‘space for money’, al dan niet met een ultralaag verbruik of rijkelijke luxe. Vooral het succes van de Fabia Combi laat zien hoe het tij heeft kunnen keren. De compacte stationwagon was immers niet zo’n bestseller – zijn concurrenten evenmin overigens.

Veel voor weinig
Dat veranderde voor de Tsjech toen de overheid zuinige auto’s ging stimuleren met CO2-regels. Auto’s die minder dan 110 gram (benzine) of 95 gram (diesel) CO2-uitstoten zijn voortaan vrijgesteld van wegenbelasting en BPM. Zakelijke rijders betalen dan verder geen 25 of 20, maar slechts 14% bijtelling. Inmiddels is duidelijk dat die regeling groots heeft bijgedragen aan het succes dat Skoda nu met de Fabia Combi Greenline boekt. Deze extra zuinige uitvoering met 1.2 TDI dieselmotor valt met 89 gram CO2 onder dit fiscale pretpakket van de overheid en is inmiddels een veelgeziene gast op de Nederlandse wegen. Nederland is zelfs zodanig voor de Greenline gevallen dat de fabriek alle zeilen moet bijzetten en de volledige productie naar ons land stuurt!

De kracht van de Fabia Greenline Combi zit niet zozeer in de motorisering – collega Roel van Gils concludeerde al eerder in een test dat een 1.2 TDI met 75 pk niet spannend genoeg is. Het dieseltorretje moet door vijf lang gespatieerde versnellingen op toeren worden gehouden om vlot vooruit te komen, een strategie die niet optimaal valt te verenigen met een zuinige rijstijl. Tijdens de zeer lage temperaturen gedurende de testperiode bleek de Fabia dan ook niet beter dan 1 op 20 te scoren. Wanneer je echter geen wegenbelasting betaalt en de dieselprijs aan de pomp vergelijkt met benzine, hoor je ons niet heel hard klagen. De Fabia Combi moet het feitelijk gewoon hebben van z’n ruimte. Met een maximale bagagecapaciteit van 1460 liter is de Tsjech de ruimste, kleinste Combi in z’n segment. De 16.210 euro kostende Greenline draagt daardoor met recht de titel ‘space for money, en dat spreekt ons Hollanders natuurlijk wel aan. In de standaardopstelling, dus met opgeklapte achterbank hebben in ieder geval twee volwassenen achterin plaats om met de bestuurder en bijrijder mee te rijden. Daar kun je op zich het best even uithouden, al hebben we voor langere trips een alternatief in gedachten…

Verwacht verder geen bijzondere franje of leuke extra’s in de eco-Fabia. De Greenline is niet gebaseerd op het meest luxe uitrustingsniveau en heeft overeenkomstig zijn aard een nette standaarduitrusting zonder poespas. In het zwarte interieur – dat deze dagen toch wel erg so(m)ber stemt – vinden we airconditioning, elektrische ramen vooraan en elektrische bediende buitenspiegels, cruise control, radio/cd-speler, ESP(!) en mistlampen. De hier getoonde dakrail, het lederen stuur en een uitgebreide boordcomputer vraagt wel een extra investering. Daar betaal je echter geen hoofdprijs voor, want ook dan komt er geen BPM om de hoek kijken.

Geweldige tegenpool
De Superb Combi vormt het andere uiterste van het Skoda-spectrum en is eigenlijk een geweldige tegenpool. Helemaal als je – zoals wij (en enkele onopvallende verkeerssurveillanceteams) hebben gedaan – het vlaggenschip eruit pikt; de Skoda Superb Combi 3.6 FSI V6 4x4 Elegance Businessline DSG. Voor een prijs van 56 mille combineert de middenklasser gigantisch veel (bagage)ruimte met allerlei lekkere luxe in een gerieflijke beleving gericht op reiscomfort.  

Het vraagt misschien even gewenning om een Skoda in zo’n luxeverpakking voor te stellen maar met zo'n ingetogen chique uiterlijk en vrijgevig innerlijk leent de super-Tsjech zich er uitstekend voor. Wanneer je de beenruimte van een toplimousine biedt en de bagageruimte elke wintersportvakantie aan kan, mag daar best wat luxe tegenover staan. Naast maximaal 1835 liter in het laadruim noteren we knie- en gordijnairbags, ESP, nappalederen comfortstoelen met elektrische verstelling, alarm, bi-xenonverlichting, dimmende buitenspiegels, stoelverwarming, privacyglass, navigatie met harddisk, parkeersensoren rondom, 17 inch lichtmetalen wielen met bandenspanningsensoren en een multifunctioneel stuurwiel in de standaarduitrusting. Keyless go, verwarmbare achterbank, een elektrisch te openen achterklep, schuif-/kanteldak en 18 inch wielen zijn voor de liefhebbers nog bij te bestellen en dan blijft er eerlijk gezegd weinig meer te wensen over.

De luxe van een zespitter…
Deze waslijst aan comfortverhogende zaken vraagt om nóg iets lekkers; een flinke dosis kracht. Skoda monteert daarom een dijk van een V6; het is de 3.6 FSI van Volkswagen die standaard gekoppeld is aan de zestraps DSG-automaat. Ook al imponeert het motorvermogen van 260 pk niet direct alle nekharen – in andere VAG-modellen levert het blok 20 tot 40 pk méér en dat is gezien zijn riante cilinderinhoud wel begrijpelijk – de Superb(rijder) er toch het heertje mee. In voorname stilte brengt de zescilinder de Superb op snelheid, het is bijna een gemis te noemen dat het blok zo weinig gezang ten gehore brengt. Je merkt daardoor amper zeer serieus te kunnen versnellen. De rust aan boord is merkbaar groter dan de TSI-motoren met hun vier cilinders kunnen bereiken; zijn die twee extra cilinders dus niet voor niets. Keerzijde van deze lofzang is het brandstofverbruik en de actieradius. Rekening houdend met een praktijkverbruik van 1 op 9 is de bescheiden 60 litertank sneller en vaker leeg dan je denkt. De standaard aanwezige DSG-transmissie en vierwielaandrijving brengt nou eenmaal meer gewicht en efficiëntieverliezen met zich mee.

Vierwielaandrijving is altijd inbegrepen bij de 3.6 FSI en optioneel beschikbaar op de 1.8 TSI. Met dank aan die integrale aandrijving komen zijn krachten altijd beheerst vrij; wielspin is er nimmer bij en daarbij is de wegligging koersvaster, zeer neutraal. Want waar de eerder geteste voorwielaangedreven 1.8 TSI nog wel eens de voorbanden kon tergen en uiteindelijk onderstuurd door de bocht ging, laat de 3.6 FSI 4x4 zich - zoals het een topmodel betaamt - niet zo snel van zijn stuk brengen. In de sneeuw en met zomerbanden is dat natuurlijk een ander verhaal. Qua comfort verlegt de meest volgehangen geen grenzen ten opzichte van minder bedeelde Superb’s. Skoda kiest wederom voor een redelijk straffe afstemming waardoor de meest ruime stationwagon uit de middenklasse niet automatisch ook het hoogste comfort biedt. De Skoda blijft netjes in zijn rol, maar de superlatieven gaan op dit vlak naar de Citroen C5 of een Volvo V70. Het grootse jongetje van de klas kan immers niet overal in uitblinken…

…of van bijtelling
Liever zo groot mogelijk besparen in optima forma? Je kunt het dan over een andere boeg gooien. Sinds kort is de Superb ook verkrijgbaar als Greenline met 1.6 TDI dieselmotor. De Tsjechen hebben er zodanig aan gesleuteld dat zowel de Sedan als Combi in aanmerking komt voor 20% bijtelling. Skoda geeft hierdoor zo op eigen wijze antwoord aan het langzaamaan groeiende segment van de bijtellingsvriendelijke middenklassers waar momenteel de BMW 320ded, Mondeo ECOnetic en Passat BlueMotion zijn in te delen. Dat zal ongetwijfeld niet onopgemerkt blijven!