Het lijkt wel een wonder als je de eerste meters aflegt met de Golf 1.4 TSI. Een 1400-motortje dat er vandoor gaat als een tweeënhalve liter vierpitter. Bergen trekkracht, want vanaf 1.750 toeren is al het maximum koppel van 240 Nm paraat. De vergelijking met een moderne turbodiesel dringt zich op, maar de TSI gaat ook nog door in de toeren als een diesel bij dik 4.000 toeren afhaakt. Tot ruim voorbij de 6.000 toeren – waar hij zijn maximale vermogen van liefst 170 pk levert – zit er nog flinke fut in.

Het is allemaal te danken aan twee soorten drukvulling, een mechanische compressor en een turbo. De mechanische compressor werkt onafhankelijk van de druk die de uitlaatgassen leveren en is dus vanwege zijn mechanische aandrijving al bij lage toerentallen actief. Bij hogere toerentallen – pakweg vanaf 2.500 toeren – komt de turbo goed op toeren en neemt het over van de mechanische compressor, die dan van zijn taak wordt ontlast. Het geheel wordt gecombineerd met directe benzine-inspuiting en techniek die zonder turbo of compressor doorgaans tot een wat taai aanvoelende motor als die weinig inhoud heeft.

Maar hier doet de dubbele oplading wonderen, want de Golf 1.4 TSI hangt lekker aan het gas. Hij reageert hele alert op bewegingen van het gaspedaal, alleen lijkt hij zich soms een klein beetje te verslikken in de benzine. Bij optrekken hoor je een licht gierend geluid van de mechanische compressor, maar dat verdwijnt bij hogere toerentallen. Over de hele linie is de motor behoorlijk stil vanwege de dempende werking van de turbocompressor in de uitlaat.

Het mooie van deze opgeladen motor is dat hij desgewenst – en dat is in de dagelijkse rijpraktijk niet vaak nodig – uitmuntende prestaties levert, maar op andere momenten zo zuinig is als een 1,4 liter motortje. We haalden tijdens onze testweek een gemiddeld verbruik van 1 op 12,1. Met uitschieters naar 1 op 14,5 tijdens vlot gereden snelwegen (kruissnelheden van 140 of meer). Je hebt steeds het superieure gevoel van veel vermogen en souplesse, zonder daarvoor aan de pomp te moeten boeten met een overmatige dorst.

Volkswagen gebruikt de TSI-techniek (dat staat voor Twincharger Stratified Injection) in eerste instantie voor deze wat sportievere GT-versie van de Golf, maar inmiddels is er ook een 1.4 TSI met 140 pk beschikbaar gekomen voor de Touran. Voor de Golf GT vult de TSI prima het gat tussen de 150 pk sterke tweeliter motor en de turboversie daarvan met 200 pk.

Een echt sportieverik van het kaliber GTI is de Golf GT niet, maar qua prestaties is het wel een erg interessant alternatief. Hij sprint namelijk in 7,9 seconden van 0 naar 100 km/h en haalt een top van 220 km/h. Da’s dik een halve seconde trager in de sprint dan de GTI en een 15 km/h lagere topsnelheid. Maar ook een 3.835 euro lagere aanschafprijs, want de Golf GT is er vanaf 30.130 euro. Wat je wel mist is vooral de uiterlijk opsmuk – in het interieur heeft de GT wel lekkere kuipstoelen – en het sportiever afgestemde onderstel.